Op naar het hoofdgerecht, vol-au-vent.
Zoals ik eerder al liet vallen bel ik normaal even met mijn gast om te bespreken wat hij of zij lekker vindt of juist niet zodat ik mijn gerecht daar kan op afstellen.
Maar aangezien de telefoon niet Xavier zijn beste vriend is krijg ik volgende mail in mijn mailbox: “Mijn favoriete gerecht is vol-au-vent. Mijn ouders hadden vroeger een restaurant en dat stond niet op de kaart. Maar als het toch eens gemaakt werd, vond ik dat een groot feest. En om de één of andere reden is vol-au-vent er altijd voor mij geweest. Er zijn héél slechte versies van, maar ook héél lekkere. Ik hou zelf niet zo van champignons, maar het maakt er nu eenmaal deel van uit. Het is een gerecht dat ook wel troost kan bieden. Als een trouwe vriend die je om de zoveel tijd weer eens tegen het lijf loopt. Ik probeer op restaurant niet altijd vol-au-vent te bestellen. Je moet daar mee opletten 😊 Maar als het op het werk vol-au-vent is, heb ik meteen een betere dag.”
We gaan er dus voor om Xavier een ‘betere dag’ te geven!
Bij mijn voorbereiding ben ik op zoek naar een goed vol-au-vent recept. Ik maak dit zelf regelmatig thuis maar wil toch even kijken wat Jeroen Meus, Seppe Nobels en Peter Goossens hun geheim is. Na wat overleg met mezelf ga ik helemaal voor het recept van Seppe Nobels, met mousseline saus als luxe afwerking. Ik heb het zelf nog nooit op deze manier gegeten maar ik heb er al vaker van gehoord en ben er zeker van dat het gewoon super zal zijn. Benieuwd wat Xavier en Bas er van vinden.
Ik ben een Mechelse koekoek en gehakt voor de balletjes gaan halen bij Ellen van Kip & co maar daarover later meer. De champignons heb ik in de supermarkt gekocht maar zijn wel Belgisch. Kleine witte champignons die ik niet te klein snij zodat Xavier ze eventueel ‘op de rand van zijn bord’ kan laten liggen. Maar dat zal niet gebeuren.
Als ik aan Xavier laat weten dat ik een recept van Seppe Nobels heb gebruikt begint hij een verhaal te vertellen over Mia Doornaert. Zij eet blijkbaar ook graag vol-au-vent en heeft een adres in Brussel dat ze graag geheim houdt om geen overrompeling te veroorzaken. Maar onlangs heeft Mia haar geheim toch prijs gegeven en Xavier was de eerste om de vol-au-vent van de chef te gaan proeven… en meer dan goedgekeurd!
Ok, ik heb hier grote schoenen te vullen… De avond ervoor heb ik mijn vol-au-vent al gemaakt om de smaken goed te laten trekken dus kan ik er nu niet meer veel aan doen.
‘Ik ga er mousseline saus bij maken’ zeg ik tegen Xavier en weer blinken zijn ogen een beetje. ‘Zoals het echt moet’ laat hij zich ontvallen ‘Zo was het ook bij de brasserie van Mia’ komt erachteraan. Hopelijk scoor ik even goed.
Als bijgerecht heb ik Hasselbach patatjes gemaakt. Een grote aardappel die ik flinterdunne plakjes in gesneden, gekruid de oven in gestoken en er lekker krokant langs de buitenkant en heerlijk zacht vanbinnen uitkomt. Ik had gedacht aan frietjes, een klassieker bij vol-au-vent, maar aangezien er geen frietketel was heb ik een alternatief gezocht en het blijkt een hele goede combinatie te zijn.
Het koekje gaat de oven in, de veldsla wordt gewassen, de aardappeltjes garen nog even verder en de mousseline saus begint zijn dikte te vinden.
Als alles gedresseerd is zet ik de borden op tafel voor Xavier en Bas, neem mijn eigen bord en zet ik me bij aan tafel. ‘Smakelijk’ zeg ik beleefd. En dan zegt Xavier plots ‘Ik wil niet onbeleefd zijn maar waren er geen aardappelen bij? Het is allemaal goed zo voor mij hoor, ik wil alleen niet dat we straks de aardappelen ‘vinden’ in de oven en dat je heel verveeld zou zijn… ‘ Inderdaad, zelf ben ik geen grote aardappeleter dus had ik ze niet gemist maar ze zijn er natuurlijk wel.
Ik haal ze er snel bij, geef ieder van ons een aardappel en dan kunnen we echt beginnen te eten. En toen was het stil.
‘Fijn en vreemd om tafelgast te zijn in je eigen huis’ laat Bas zich ontvallen. En dat is Diner met StreeK op z’n best. Culinair genieten op een heel eenvoudige manier. Heerlijk!
Xavier eet rustig verder en ik denk dat ik hem zie genieten. Als ik vraag of het lekker is antwoord hij heel eenvoudig: ‘Ik eet regelmatig vol-au-vent maar heb geen ‘top’ in mijn hoofd van waar je het lekkerste kan eten, maar moest ik die toch hebben staat deze zeker in de top drie’. Een tweede portie bevestigd dat het lekker is. Zowel Xavier als Bas genieten ervan.
De basis van elk gerecht met StreeK, niet alleen van vol-au-vent, zijn goede ingrediënten, pure ingrediënten, ingrediënten met heel veel StreeK. Je moet zelf geen sterren chef te zijn, als je met goede ingrediënten kookt moet je al vreemde maneuvers uithalen in de keuken om niks lekker op tafel te toveren.
Laat de ingrediënten z’n werk doen, geef ze in eerste instantie de tijd om te groeien en geef ze tijdens het koken de tijd om te garen en hun smaken prijs te geven.
Zoals gewoonlijk heb ik weer veel te veel eten meegebracht, maar niks vervelender dan gasten die met een knorrende maag van tafel gaan. Als ik opper dat Xavier de rest in de diepvries mag steken staat er snel een potje klaar. ‘Heerlijk, voor als we eens snel lekker willen eten.’
Ok, de keuken opruimen en het dessert klaarmaken nu.
‘Alles mag in de machine, of toch alles wat van ons is.’ Ik ben meestal goed geëquipeerd als ik ergens ga koken en dat is nu ook het geval. Misschien gelukkig maar want de keuken van het Oostendese zeehuis van Xavier en Bas is nog niet helemaal uitgerust. ‘Als je je gerief over 2 woningen moet verdelen dan is het ene huis wat meer benadeeld dan het andere…’
Bas en ik wassen de rest samen af en Xavier schenkt de wijn nog eens bij, ieder z’n talent denk ik bij mezelf.